Gele Band

De gele band vertegenwoordigt een belangrijke mijlpaal in de judo-voortgang en symboliseert de toewijding en inzet van een judoka. Om de gele band te behalen, worden judoka’s uitgedaagd om een reeks technische vaardigheden en basiskennis van judo te demonstreren. Dit omvat begrip van fundamentele worpen, houdgrepen, rollen en de basisprincipes van judo. Naast technische aspecten wordt ook verwacht dat judoka’s groeien in discipline, respect voor anderen en begrip van de judo-filosofie. Het behalen van de gele band is een erkenning van de groei van een judoka, zowel fysiek als mentaal, en markeert de volgende fase van hun reis in deze prachtige sport.

Groeten

Voor het behalen van de gele band is het niet alleen belangrijk dat de judoka technische vaardigheden beheerst, maar ook dat hij de essentiële judo-etiquette begrijpt en toepast. Dit omvat de correcte uitvoering van zowel de staande als zittende groet, genaamd “rei.” Het correct groeten is een teken van respect en discipline, twee fundamentele waarden in de judo-cultuur. Voor de gele band moet judoka J laten zien dat hij de groet met precisie en respect kan uitvoeren, waarmee hij niet alleen zijn technische bekwaamheid, maar ook zijn inzet voor de waarden van judo aantoont.

Valbreken

Het behalen van de gele band vereist dat de judoka voldoet aan specifieke technische normen. Een essentiële vaardigheid is het goed kunnen uitvoeren van verschillende vallen en rollen. Dit omvat de zittende en staande achterwaartse val, waarbij de judoka leert hoe hij veilig op de grond kan vallen. De beheersing van de voorwaartse judorol laat zien dat de judoka vertrouwen heeft in zijn bewegingen. Daarnaast is het uitvoeren van de zijwaartse val, zowel links als rechts, een indicatie van evenwicht en lichaamsbeheersing. Het beheersen van deze basisbewegingen laat zien dat de judoka niet alleen technisch bekwaam is, maar ook bewust is van veiligheid en lichaamsbeweging, wat cruciale elementen zijn in de judo-beoefening.

Worpen

Een cruciale vaardigheid is het kunnen uitvoeren van worpen aan zowel de rechter- als linkerkant van de judoka. Hoewel het begrijpen van de Japanse benamingen op dit moment niet vereist is, is het beheersen van deze worpen in beweging een teken van technische bekwaamheid en balans. De gele band markeert niet alleen de groei van een judoka in het begrijpen van judotechnieken, maar ook hun vermogen om deze effectief en gecontroleerd uit te voeren, en zo een stevige basis te leggen voor verdere ontwikkeling binnen de sport.

Beenworpen

de ashi barai
(voetveeg)
o soto gari
(grote buitenwaartse beenhaak)

Heupworpen

o goshi
(hand-op-de-rug-worp)
koshi guruma
(hand-in-de-nek-worp)

Schouderworpen

ippon seoi nage
(spierballen-worp)

Grondtechnieken

Houdgrepen

kesa gatame
(autogordel-houdgreep)
yoko shiho gatame
(zijwaartse houdgreep)
(surfplank-houdgreep)
kami shiho gatame
(donkere-kamer-houdgreep)

Ne waza situaties

uke in bokhouding, tori vanaf zijkant (één techniek)
uke in bokhouding, tori vanaf voorkant (één techniek)

Verwurgingen

11+
kata juji jime
(eenzijdig gekruiste verwurging)
nami juji jime
(gekruiste verwurging)

Armklemmen

15+
juji gatame
(gekruiste armklem)
ude garami
(gebogenarmklem)

Een fundamentele bekwaamheid is het uitvoeren van technieken vanuit een worp. Hierbij demonstreert de judoka niet alleen een begrip van worpen, maar ook het naadloos kunnen overgaan naar grondtechnieken. Daarnaast laat de judoka bij houdgrepen zien dat hij controle over de tegenstander kan handhaven, wat essentieel is voor dominantie op de grond.

Bovendien moet de judoka twee kanteltechnieken beheersen, waarbij de tegenstander in een bokhouding zit. Eén vanaf de voorkant en één vanaf de zijkant van de tegenstander. Deze technieken tonen niet alleen technische vaardigheid, maar ook strategisch inzicht in het overnemen van de controle op de grond.

Voor judoka van 11 jaar en ouder omvat het gele band-eisenpakket het demonstreren van armklemmen en verwurgingen. Hoewel de Japanse benamingen op dit niveau nog niet essentieel zijn, is het begrijpen en correct kunnen uitvoeren van deze technieken een belangrijke stap in de judo-ontwikkeling van elke judoka.